Dag
12: Addis Abeba – Aregash
Zondag
25 maart 2012
Na
een heerlijke nacht in een verrukkelijk bed
worden we om ongeveer half 7 wakker. Een klein half uurtje later zitten
we al
aan het uitgebreide ontbijtbuffet. We kunnen onze borden lekker vullen
met diverse
warme en koude hapjes. Ook de verse fruit sappen zijn in grote getale
aanwezig.
We smikkelen er lustig op los totdat onze buikjes vol gegeten zijn. Om
8 uur
vertrekken we richting Aragash lodge in Yirgalem. Na ongeveer 2 uurtjes
rijden
hebben we onze eerste stop van de dag: het Tiya steleveld. Allereerst
brengen
we een bezoek aan het nabij gelegen toilet, want de nood is inmiddels
behoorlijk hoog. Het toilet bestaat slechts uit een paar golfplaten.
Alles lijkt goed te gaan totdat we worden aangevallen door een
enorme zwerm muggen die uit het 'gat' omhoog komen. We weten niet hoe
snel we onze broek weer omhoog moeten
hijsen. Het levert een hilarisch moment op waarbij we gelukkig geen van
allen echt schade oplopen. Op het stele veld staan ongeveer 40 steles.
Deze Tiya steles zijn de
noordelijkste getuigen van de zogenaamde 'monolithische cultuur van
Afrika',
waartoe onder andere ook de steles in de buurt van Sodo en de fallische
gedenkstenen
in de provincie Sidamo worden gerekend. Het is tot op heden nog steeds
niet
gelukt om de juiste datering te geven aan de monumenten uit Tiya. Wel
is uit
opgravingen duidelijk geworden dat de steles met hun versierde kant
naar het
Oosten werden opgericht om de daarachter gelegen grafkamers te
markeren, waarin
een of meer individuen in hurkhouding waren bijgezet. We maken een rondje over het veld waarbij de
gids het een en ander verteld over de steles.
Na ons bezoek aan het steleveld rijden we
een klein
stukje terug naar een koffie tentje. We kunnen niet echt rustig genieten
van
ons drankje want midden op het verkeersplein staat een 'gek' continu te
schreeuwen en te wijzen naar ons. Als we weg willen rijden komt er een
oud vrouwtje met een half briefje van 1 Bir met de vraag of wij de
andere helft
hebben. Die hebben wij natuurlijk niet waarop Marja haar een muntje van 1
Bir
geeft. Dit muntje is haar echter onbekend en ook zij begint nu te
schreeuwen.
Uiteindelijk krijgt ze haar zin en krijgt ze een compleet briefje van 1 Bir. We rijden verder
richting
Ziway voor de lunch. Onderweg zien we diverse malen mensen midden op de
weg
liggen. Dit blijken armoezaaiers/verslaafden te zijn, die geen idee
hebben
waar ze zijn. Gelukkig weet onze chauffeur zich er steeds netjes langs
te
wurmen zonder ze aan te rijden. Rond het middag uur komen we bij het Ziway
toerist
hotel aan voor de lunch. In de bomen rondom het hotel zien we diverse
maraboes
staan. Het is een apart gezicht die grote vogels midden in de stad
bovenop
de bomen. We bestellen een eenvoudige 'egg sandwich' die echter bijzonder
lang
op zich laat wachten. De anderen van de groep hebben zelfs hun
voorgerecht en hoofdrecht al op als onze sandwich nog moet komen. Tijdens het
eten worden we
belaagd door een tweetal bedelende jonge katjes. Ze zien er niet zo fris en
gezond
uit. Uiteindelijk krijgen ze wat restantjes van Angèle en zijn we
van ze
verlost. We hebben behoorlijk wat tijd verloren met het wachten op het
eten
zodat we achter lopen op ons schema. We gaan gauw weer op pad voor ons
laatste
stukje richting Yirgalem.
Rond 5 uur komen we bij de Aragash lodge aan. Het
hotel ziet er bijzonder gezellig uit. De kamers
zijn bamboe rieten tukuls in de stijl van een traditioneel Sidama dorp.
We gooien snel onze koffers op de kamer, wisselen onze schoenen en trekken een
lange broek aan voor de wandeling naar het Sidama dorp. We hebben behoorlijk
haast, want de lucht ziet er nogal dreigend uit en we willen weer voor het
donker thuis zijn. We bereiken dan ook het Sidama dorpje in een nieuw
wereldrecord. Aangekomen bij het dorpje krijgen we een demonstratie van de
bereiding van de 'Enset' of te wel Valse banaan te zien. De enset is nauw
verwant aan de bananenboom en dat is ook wel te zien want een leek ziet werkelijk geen
verschil in beide bomen. De dame hakt als eerste de stam in stukken. De pulp die zich in de
stam bevind, schraapt ze met een gespleten stok af. Vervolgens wrijft ze dit
fijn. De ontstane massa pakt ze in grote bladeren van de boom in om het in de
grond te laten gisten. Ze graaft een ander pakketje, wat al een paar maanden in
de grond heeft liggen gisten, uit om het vervolgens in het huisje te bereiden.
We verzamelen ons allemaal in de woning van de dame. Het past allemaal net. De
gegiste massa wordt in plakken in de pan gelegd en gebakken. Als het klaar is
mogen we allemaal een stukje proeven. We
krijgen nog een korte rondleiding in een ander hutje, waar we heel goed zien hoe
men leeft. Zelfs het vee heeft een eigen plekje in de Tukul.
Via een avontuurlijke route lopen we weer terug
naar ons hotel. We worden bijgestaan door de kindertjes uit het dorp. Voordat
we het weten hebben we een handje in onze handen. Ze lopen vrijwel de gehele
weg met ons mee, totdat we een riviertje moeten oversteken. Als we allemaal aan
de ander kant van de rivier staan, komen we tot de conclusie dat we ma kwijt
zijn maar al gauw komt ze uit de bosjes te voorschijn. Net voor het donker wordt
arriveren we bij ons hotel. We kunnen meteen aanschuiven op het terras want
binnen enkelen minuten worden de wilde hyena's gevoerd. Wij nemen plaats op de
stoeltjes en wachten in het donker geduldig af. Al gauw zien we 4 blinkende
oogjes uit de duisternis te voorschijn komen. De hyena’s doen zich te goed aan het
vlees en laten zich goed zien. Ook komen er nog een paar gieren op bezoek. Als
de hyena’s afdruipen nemen ook wij de benen om ons klaar te maken voor het diner
wat om 8 uur gepland staat. Het restaurant van het hotel is ook een
tukul maar
dan een hele grote. Binnen staan een aantal tafels en in het midden rondom de steunpilaar van de tukul de
buffettafel. Het voorafje, de soep, wordt geserveerd. Vervolgens kunnen
opscheppen
van de buffet tafel waar we diverse rauwkost, vlees en lasagne zien
staan. Het nagerecht, het verse fruit, wordt ook weer geserveerd. Na een
klein uurtje
zijn we uitgegeten en keren we terug naar onze eigen tukul voor de
nacht.